Versterking van biodiversiteit
Het steeds verder teruglopen van de biodiversiteit vraagt om aandacht. Het is inmiddels bekend dat het aantal insecten in de afgelopen 25 jaar met 75% is gedaald (RU, 2017). Maar ook met andere soortgroepen, zoals amfibieën, reptielen, vissen, zoogdieren en vogels gaat het niet goed. Zo is zelfs het konijn onlangs op de rode lijst gekomen (Trouw, 2020).
Biodiversiteit is van belang voor bijvoorbeeld de voedselproductie. De lage biodiversiteit heeft tot gevolg dat de gevoeligheid voor plagen groter wordt waardoor de productie in de landbouw kan teruglopen. Van de belangrijkste voedselgewassen is meer dan 70%, ongeveer 35% van de wereldwijde voedselproductie, ten minste gedeeltelijk afhankelijk van bestuiving door insecten (Biological Sciences, 2007). Zowel de versnippering van natuurgebieden, het gebruik van gewasbestrijding binnen de landbouw en de afwezigheid van bloemen zijn belangrijke oorzaken van de achteruitgang van insecten en daarmee de wereldwijde voedselproductie. Het is dus belangrijk om op korte termijn aan het versterken van de biodiversiteit te werken.
Daarom wordt in De Nieuwe wAarde-aanpak met betrekking tot biodiversiteit aan drie thema’s gewerkt:
- het versterken van soorten
- het vergroten van de populatie bestuivers
- het voorkomen van (toekomstige) plagen
Meer dan 70% van de belangrijkste voedselgewassen, ongeveer 35% van de wereldwijde voedselproductie, is ten minste gedeeltelijk afhankelijk van bestuiving (vanVooren, L.L.A., etal., Agriculturalsystems, 2016).